Programmeren
Coen 7 jaar geleden 0 ElectronicaProgrammeren is het vertellen aan een computer hoe het dingen moet uitvoeren en het zich moet gedragen. Hierover informatie over de 5 talen die meestal worden gebruikt om een webbrowser te maken en hoe het allemaal een connectie met elkaar heeft. Het zijn namelijk allemaal scripttalen.
HTML
Hypertext Markup Language afgekort HTML , staat voor een computer taal. Het is een standard Generalized Markup Language gebaseerd op de zogeheten ‘opmaaktaal’ voor de precieze beschrijving van documenten van de ‘www’ wat de afkorting is van het world-wide-web. Wanneer je een document opent in de HTML, kan dat gelezen worden door de webbrowser en word vervolgens als een webpagina laten zien. Html voorziet de webpagina van de gemakkelijkste gebruiksinteractie, zoals het aanklikken van een plaatje/knop, het verwijzen naar een andere pagina en een tekstveld invullen/maken.
Met html maak je de structuur van een webpagina, later zou je de structuur kunnen stijlen met CSS naar je wensen.
CSS
Cascading styling sheet. Cascading staat voor ‘als een waterval’. Styling komt van het Engelse style en betekent opmaak in deze context. En de vormgeving wordt toegevoegd aan de Html code ervan. CSS is puur voor de vorm –en kleurgeving. Er bestaan ook pre-processors SASS is een zogeheten pre-processor, hiermee schrijf je ongeveer dezelfde taal met een andere syntax. Syntax is het definiëren van de volgorde van de programmaregels en structuur. Naast SASS heb je ook andere pre-processors zoals LESS, SCSS en Stylus.
SQL
Sql staat voor Structured Query Language, deze taal wordt gebruikt om met een database te kunne communiceren. Met SQL kun je de database zogenaamde ‘queries(vragen)’ stellen. hierop geeft de database een bepaalde waarde terug, deze waarde kun je opvangen met PHP en daarmee in je website verwerken
PHP
PHP staat voor php hypertext preprocessor. Je kan er waardes uit een database mee ophalen en die bijvoorbeeld omzetten in een tabel. Als je een variabele wilt aanmaken kan je dat doen door een dollarteken vooraan aftegeven. Met een variabele kan je informatie erin zetten en laten tonen. En met PHP kan je een connectie maken met je database door met SQL een query op te geven. En dat kan je dan in een variabele zetten.
Javascript
Javascript is een scripttaal dat veel wordt gebruikt. Het wordt gebruikt om websites interactief te maken. En word gebruikt om webapplicaties te vormen. Eerst kwam javascript alleen maar voor in de browser maar tegenwoordig komt het ook heel veel voor als backend taal bijvoorbeeld Node Js. Node js is een softwareprogramma waarop het mogelijk is om een applicatie op te ontwikkelen. Het wordt vervolgens geschreven in javascript maar draait op een node js server. Dus niet als de meeste anderen op een webbrowser. De applicaties kunnen alleen draaien op een pc waar Node Js runtime op is geïnstalleerd.
Het eerste javascript werd ontwikkeld in 1995 en heette ervoor livescript. Door de ontwikkeling ervan ontstond de eerste mogelijkheid om websites interactief te maken. Het programma toont overeenkomsten met de programmeertaal Java maar is niet hetzelfde. Ze worden echter vaak met elkaar verward.