Geschiedenis portemonnee
Origine
Het zou niet verbazingwekkend moeten zijn dat de portemonnee (de meest essentiële van alledaagse accessoires) voor het eerst vroeg in de menselijke geschiedenis kwam. Vroege portemonnee krijgers bedachten kleine, stoffen zakken met trekkoorden, typisch gebonden aan hun riem. Die werden gebruikt om een lunch en een handvol munten te bewaren. Deze hypermoderne ontwikkeling ontstond lang voor de uitvinding van papieren bankbiljetten en traceert zijn wortels helemaal terug tot de Archaïsche periode. Oude Grieken gebruikten hun portemonnees (toen der tijd noemde ze het heuptassen) om voedsel en andere persoonlijke voorzieningen te bewaren. De 20e-eeuwse classicus A.Y. Campbell schreef “een portemonnee is geen moderne lunchmand, waaruit vers gevangen zalm en champagne uit komen. De portemonnee was de draagbare voorraadkast van de arme man. Het was iets dat proviand volhield”. Het was dus simpel weg een lunch box.
De Renaissance
Het woord ‘portemonnee’ verscheen al in de jaren 1300, en met name in 1609 toen Shakespeare het schreef in de tragedie ‘Troilus en Cressida’ (“tijd heeft mijn heer, een portemonnee achterin, waarin hij aalmoes vergooit voor vergetelheid, een gigantisch monster van ondankbaarheid”) In 1960 introduceerde de Massachusetts Bay Kolonie papiergeld in de Nieuwe Wereld, maar portemonnees werd eigenlijk al veel eerder gebruikt in het Europa van 1500. Traditioneel gemaakt van koeien- of paardenleder en meer gevormd als een zak of en tas dan een modern, opvouwbaar kaartnummers, hadden deze old-school nietjes vaak speciaal gemaakte zakken voor visitekaartjes. Een vroege vorm van identificatie meestal gedragen door aristocraten of de elite. Campbells “draagbare portier voor arme mensen” was toen geëvolueerd tot een teken van status en voorrecht.
De eeuwwisseling
In de negentiende eeuw pasten portemonnees zich aan hun omgeving aan. In plaats van geld of voedsel vast te houden, werden ze voornamelijk gebruikt voor tabak en rookaccessoires, vooral in Spanje en Engeland. Met net voldoende ruimte om een beetje wit papier, vuursteen en een klein stukje staal te dragen, was de portemonnee de pre-moderne sigarettenkoker. In het essay van Otis T. Mason “The history of the carrying industry” suggereert hij dat tegen het einde van de negentiende eeuw het meenemen van voedsel in je portemonnee als onbeschaafd werd beschouwd, terwijl je portemonnee helemaal aan je riem vasthield, maar alleen als “semi-beschaafd” werd beschouwd. De eeuwwisseling markeert de omkeer van de portemonnee zoals we die vandaag kennen of zoals we dat de afgelopen honderd jaar gewend zijn. Een opvouwbaar accessoire in zakformaat met het uitdrukkelijke doel papieren rekeningen te dragen.
Vandaag en Morgen
De moderne portemonnee neemt aanwijzingen van al deze doeleinden. Hoewel deze portemonnees gewoonlijk niet worden gebruikt om voedsel op te slaan en minder nadruk leggen op munten, zijn de portemonnees van vandaag in een enorme verscheidenheid aan stijlen verkrijgbaar om consolidatie eenvoudig te maken. Met door de mens gemaakte materialen die een veelzijdiger en verstandigere manier om goederen te produceren aanbieden, zijn de portemonnees van vandaag verkrijgbaar in verschillende soorten. Wasbaar, waterdicht, neon, pastel, met patronen en belangrijk mager. Toch zal een klassieke lederen portemonnee a la the Acient Grieken nooit uit de mode raken.
